Het slachten

Alvorens een kalf te doden wordt het dier volgens de Europese regels met een schietmasker verdoofd. Degenen die dat op een slachterij doen, hebben hiervoor een speciale opleiding genoten. Na het verdoven wordt een halssnede toegebracht waardoor het dier leegbloedt, het hart pompt immers nog. Zowel voor het slachten als daarna vinden diverse kwaliteitscontroles plaats door overheidsinspecteurs. De meeste slachterijen hebben ook eigen controleurs in dienst die de hygiëne en vleeskwaliteit bewaken. De grote slachterijen slachten de kalveren "verdoofd halal", volgens diverse wetenschappelijke bronnen de meest diervriendelijke manier. Wat betekent dit?


Halal (wettig of toegestaan) vlees dient uitgebloed vlees te zijn van een beperkt aantal diersoorten. Het vlees van vleeseters, van dieren die spontaan gestorven zijn en van varkens mag alleen gegeten worden als er niets anders voorhanden is om in leven te blijven, dus vrijwel nooit. Dieren met zogende jongen en zogende jongen mogen niet worden geslacht. Voor het slachten bestaan nauwkeurige voorschriften. Eerst moet vaststaan dat de wijze waarop het dier gefokt, gevoed en vervoerd werd, correct is. Dierenwelzijn is een belangrijke verantwoordelijkheid (khalifa) die God de mens toevertrouwde. Bovendien stelt de Koran dat het dier in naam van God gedood moet zijn en van niet niets anders. Sommige geestelijken vinden dat het dier door een niet-Moslim mag zijn geslacht, als het maar op de voorgeschreven wijze gebeurt. Koosjer vlees en vlees van dieren die door Christenen of Joden in naam van God geslacht zijn, worden door hen ook als halal beschouwd. Volgens de voorschriften dienen de halsslagader en luchtpijp van het dier in één beweging met een scherp mes te worden opengesneden waarna het moet doodbloeden. In enkele Europese landen is deze slachtwijze wettelijk verboden, de Nederlandse politiek wilde geen verbod omdat zij het ziet als vrijheid van godsdienst, maar nog steeds duren de politieke discussies voort. Verder zijn bij het halal slachten van groot belang dat het dier met de kop in de richting van Mekka wordt geplaatst, dat de slachter bekwaam is, dat de slachtplaats rein is en dat het dier niet bang wordt. Zo mag het slachtmes niet door het dier gezien worden en mag het slachten niet door andere dieren worden gezien. Voordat een dier geslacht wordt, spreekt de slachter de woorden "Bismillah, Allahoe Akbar" uit, hetgeen betekent: "In naam van God, God is de grootste". Mits de verdoving omkeerbaar is, is deze voor het slachten toegestaan.


Zodra het dier gedood is, wordt het ontdaan van kop en huid (bij een kalf noemen we de huid een "vel") en wordt het ingewandenpakket uitgehaald. Wat dan overblijft noemen we het "karkas", dat diep gekoeld wordt. Het karkas kan in zijn geheel worden verkocht of in kwartieren. Maar ook kan het vlees verder worden getransformeerd tot aan consumentenverpakking. De afnemer bepaalt op welke manier.

  • Deze website gebruikt cookies
  • Deze melding verbergen